De Netherlands Commercial Court

Aan het eind van het jaar zijn er altijd wetsvoorstellen die nog door het parlement heen moeten. Een goed voorbeeld hiervan is het op 17 juli 2017 bij de Tweede Kamer ingediende wetsvoorstel dat ziet op de oprichting van de Netherlands Commercial Court (de “NCC”) en de Netherlands Commercial Court of Appeal (de “NCCA”) . Met dit wetsvoorstel beoogt de wetgever te voorzien in de behoefte aan een specialistisch forum voor het beslechten van (grote en complexe) internationale handelsgeschillen. De NCC zal onderdeel gaan uitmaken van de rechtbank Amsterdam en de NCCA van het gerechtshof Amsterdam.

In verschillende landen bestaat al een commercial court. De Nederlandse wetgever tracht met het oprichten van de NCC en de NCCA te voorkomen dat partijen in grote internationale handelsgeschillen kiezen voor (internationale) arbitrage of buitenlandse rechters.

Kenmerkend voor de NCC is dat partijen er vrijwillig voor kiezen om voor dit gerecht te procederen en er in beginsel geprocedeerd zal worden in de Engelse taal. De uitspraak zal eveneens in het Engels worden gedaan. Op de procedures voor de NCC en de NCCA zal het Nederlandse procesrecht van toepassing zijn. Voor cassatie zijn partijen aangewezen op de Hoge Raad. De cassatieprocedure zal in het Nederlands gevoerd worden. In het specifieke geval kan de Hoge Raad beslissen of het op eenstemmig verzoek van partijen wordt toegestaan dat cassatiemiddelen of verweerschriften in het Engels worden ingediend.

Op grond van het ingediende wetsvoorstel kunnen partijen procederen voor de NCC en de NCCA indien wordt voldaan aan de volgende vereisten:

  • de rechtbank Amsterdam of het gerechtshof Amsterdam is bevoegd om van het geschil kennis te nemen;
  • het gaat om een rechtsbetrekking die ter vrije bepaling van partijen staat, niet zijnde een kantonzaak;
  • het betreft een internationaal geschil;
  • partijen zijn uitdrukkelijk overeengekomen dat ze in de Engelse taal willen procederen voor de NCC. Een geschrift dat een dergelijk beding bevat of dat verwijst naar algemene voorwaarden die een dergelijk beding bevatten is voldoende, mits het specifieke beding door of namens de wederpartij uitdrukkelijk is aanvaard.

Voor het voeren van een procedure voor de NCC en de NCCA zullen verhoogde griffierechten gaan gelden. In beginsel gaat het hierbij om een bedrag van EUR 15.000 voor de NCC en EUR 20.000 voor de NCCA. De procedure zou volgens de Memorie van Toelichting desondanks een aantrekkelijk en volwaardig alternatief moeten worden voor een (internationale) arbitrageprocedure.

Momenteel is het wetsvoorstel nog in behandeling bij de Tweede Kamer. Uit de Memorie van Toelichting blijkt dat de Tweede Kamer eind 2015 al heeft aangegeven positief te staan tegenover de gedachte de NCC mogelijk te maken. Hopelijk wordt het wetsvoorstel nog vóór het kerstreces door de Tweede Kamer aangenomen. Vervolgens zal de Eerste Kamer zich over het wetsvoorstel moeten buigen. Indien alles meezit kan het procederen voor de NCC en de NCCA in de loop van 2018 daadwerkelijk gerealiseerd worden.

Voor vragen of meer informatie kunt u contact opnemen met:

terug